Paul Vanderkill is buitengewoon rijk omdat zijn grootvader toevallig landbouwgrond kocht in wat Midtown Manhattan zou worden. De Loveland Dance Hall is een van de huurders van de landgoederen van Vanderkill. Om zijn tante Sophie gerust te stellen, bezoekt Vanderkill Loveland om vast te stellen of het zo berucht is als Sophie vermoedt. Daar ontmoet hij een dansmeisje, Madeleine MacGonagal, die hem charmeert met haar eigenaardige proletarische accent. Ze beginnen een geheime affaire, die na zwangerschap uitmondt in een geheim huwelijk. Als de baby het niet overleeft, besluit Madeleine dat ze, aangezien hij alleen met haar getrouwd was ter wille van de baby, zich naar Mexico moet haasten om een ​​scheiding te regelen. Daar ontmoet ze Panama Canal Kelly, een voormalige vrijer die nu eigenaar is van een zilvermijn. Haar plannen voor echtscheiding en snel hertrouwen worden ingewikkeld wanneer Vanderkill arriveert om haar te confronteren.

Paul Vanderkill is extraordinarily wealthy because his grandfather happened to buy farmland in what was to become Midtown Manhattan. The Loveland Dance Hall is one of the tenants of the Vanderkill estates. To reassure his aunt Sophie, Vanderkill visits Loveland to determine whether it is as disreputable as Sophie suspects. There he meets a dime-a-dance girl, Madeleine MacGonagal, who charms him with her quaint proletarian accent. They begin a secret affair, which turns into a secret marriage when pregnancy ensues. When the baby fails to survive, Madeleine decides that since he had married her only for the baby's sake, she should make haste to Mexico to secure a divorce. There she meets Panama Canal Kelly, a former suitor who now owns a silver mine. Her plans for divorce and quick remarriage are complicated when Vanderkill arrives to confront her.